Ik hou van controle. Bij een brand weet ik perfect wat ik moet doen.
Stilzitten en toekijken is niets voor mij. In het verleden was ik heel actief in de jeugdbeweging en verschillende werkgroepen. Daarna zocht ik een actieve hobby en daarom sprak de brandweer mij wel aan. Ik kende het wereldje al een beetje, want mijn papa werkt ook bij de brandweer en is vrijwilliger geweest. Hij raadde me aan om eerst mijn FGA te behalen. Tijdens het examen hing er een leuk sfeertje en dat overtuigde mij. Een paar maanden later heb ik me kandidaat gesteld als vrijwilliger.
Of het als vrouwelijke brandweerman anders is? De testen voor vrouwen zijn een klein beetje anders, maar het grootste deel is hetzelfde. Ik heb een beetje getraind, maar dat moeten de mannen ook doen. En ja, van sommige dingen zoals brandweerslangen merk ik dat ze zwaarder zijn, maar het lukt wel. Als het nodig is, is het team daar om te helpen. Ik hoef me niet extra te bewijzen, ik wil gewoon graag hetzelfde meedoen. Daarom word ik tenslotte brandweervrijwilliger, om dingen te doen.
Ik heb voor bio-ingenieur gestudeerd en werk als projectingenieur in de chemie. Eigenlijk zit ik daar ook tussen de mannen, maar ik neem er vooral de technische kant op mij. We bespreken wat er in productie geïnstalleerd of aangepast moet worden. Bij de brandweer vind ik het leuk om zelf praktisch aan de slag te gaan. Ik heb me trouwens nog nooit onveilig gevoeld. De situaties in de opleiding gebeuren natuurlijk gecontroleerd. Alles wordt heel goed uitgelegd en je weet wat je moet doen. In zekere zin hou ik wel van die controle. Ik ben ook niet de persoon die de gevaren opzoekt. Ik ben bijvoorbeeld absoluut geen fan van pretparken en roller coasters. Je zit in een karretje en je weet niet wat er gaat komen. Terwijl je bij een brand perfect weet welke stappen je moet zetten.
Als stagiair zijn we mee van wacht en krijgen we oproepen zoals iedereen. Er zijn observatie- en werkstages. Bij de oproepen voor werkstage mogen we zelf de dingen doen. Dat is in het geval van prio 2 en 3, de minder kritische situaties. Bij prio 1, brand en zware ongevallen, mogen we voorlopig alleen nog maar toekijken. Maar als de pieper afgaat, denk ik van ‘Yes, kom op!’.
In onze klas zitten we samen met heel verschillende mensen: een dokwerker, een IT’er, … en iedereen neemt er spontaan zijn taak op en doet waar hij goed in is. Ook al zijn we totaal anders, zelfs daar vormen we al een team. Ik heb nooit het gevoel gehad dat ik er niet bij hoorde, ook niet als vrouw. En trouwens, al die mannen hebben allemaal een peperkoeken hartje hoor!